De rol van de asset manager verandert. Het is niet langer genoeg om te zeggen dat onderhoud nodig is – je moet laten zien waarom. Het management vraagt steeds vaker: waarom is dit onderhoud nodig, welke risico’s lopen we als we het uitstellen, en wat levert het ons op?
Daarvoor heb je meer nodig dan technische kennis alleen. Data wordt steeds belangrijker: storingshistorie, compliance-eisen, urenregistraties en materiaalverbruik vormen tegenwoordig de basis van het gesprek.
Gelukkig is er steeds meer informatie beschikbaar om je verhaal kracht bij te zetten. Door storingsdata te koppelen aan downtime en output maak je zichtbaar wat de impact is – ook voor collega’s buiten de technische dienst. Budgetdruk speelt overal, zeker waar marges dun zijn en kosten voor energie en grondstoffen stijgen. Directies kijken daarom kritischer naar onderhoudsbegrotingen. Waar vroeger een inschatting van monteurs vaak voldoende was, wordt nu een sluitende begroting verwacht. Uren, onderdelen, stilstandskosten – alles moet vooraf in kaart. En altijd komt de vraag: als we hier in investeren, wat krijgen we daarvoor terug in betrouwbaarheid of productiewinst?
Deze rekensom is vaak minder eenvoudig dan hij lijkt. Zekerheid heb je nooit: een grote revisie levert meestal verbetering in uptime, maar vooraf exact voorspellen blijft lastig. Veel asset managers gebruiken daarom een meerjarenonderhoudsplan (MJOP). Dat maakt gesprekken met budgethouders transparanter en laat zien dat keuzes herleidbaar zijn in plaats van gebaseerd op aannames.
Budgetdruk kan zwaar voelen, maar er zijn manieren om grip te krijgen. Asset managers die hun budget succesvol verdedigen, combineren storingshistorie, downtime en output tot een helder verhaal over hoe onderhoud bijdraagt aan beschikbaarheid. Een sluitende voorcalculatie helpt daarbij: niet alleen uren en onderdelen, maar ook de effecten op productie en (bedrijfs)risico’s.
Samenwerken met werkvoorbereiders en productieafdelingen maakt de begroting realistischer en meer gedragen. Als iedereen begrijpt waarom een investering nodig is, groeit de kans op instemming van het management. Deel onderhoudsactiviteiten bovendien in duidelijke groepen, zoals wettelijke verplichtingen, efficiëntieverbetering, einde levensduur en innovatie.
Cijfers zijn belangrijk, maar uiteindelijk gaat het om herkenning bij stakeholders. Betrek productie en operatie vroeg in het proces, want hun steun kan doorslaggevend zijn. Ook de manier van presenteren telt: begin met impact op productie, cash en risico’s, en voeg pas daarna technische details toe. Een korte terugkoppeling na een onderhoudsstop – bijvoorbeeld dat de uptime direct is verbeterd – versterkt bovendien het vertrouwen voor de volgende ronde.
Veel asset managers worstelen niet met de technische aspecten, maar met het overtuigend overbrengen van onderhoudsbehoeften. Het gebruik van scenario’s en praktijkvoorbeelden helpt de druk en onzekerheden beter beheersbaar te maken.
Iedere asset manager start vanuit een ander vertrekpunt. De één is technisch sterk en ziet administratie als last, de ander heeft vooral theoretische kennis en zoekt praktijkervaring. In de trainingen krijg je formats, cases en simulaties die aansluiten bij jouw manier van werken. Zo krijg je praktische handvatten die je meteen kunt toepassen.
Het verdedigen van onderhoudsbudgetten hoort erbij. Soms voelt het frustrerend dat vertrouwen plaats heeft gemaakt voor bewijslast, en dat details of politieke belangen de boventoon voeren. Maar deze ontwikkeling biedt ook kansen: wie aantoonbaarheid combineert met overtuigingskracht, groeit van budgetverdediger naar strategisch gesprekspartner.
Herken jij dit? Train to Maintain helpt onder meer asset managers in infra en productie om hun teams en zichzelf te ontwikkelen. Ontdek ons trainingsaanbod of neem contact op voor advies van onze experts en zet de stap van stilstand naar vooruitgang.